Koolmonoxide, een gevaarlijke huisgenoot

Buiten wordt het kouder, dus de verwarming gaat weer aan. Maar als een kachel, geiser of schoorsteen niet goed is onderhouden, kan er teveel koolmonoxide vrijkomen. Jaarlijks overlijden gemiddeld 11 mensen aan koolmonoxidevergiftiging. Daarnaast worden gemiddeld 150 slachtoffers van een koolmonoxidevergiftiging in een ziekenhuis opgenomen en enkele honderden behandeld op de Spoedeisende Hulpafdeling (SEH) van een ziekenhuis. Dat blijkt uit de nieuwe cijfers van VeiligheidNL. GGD Twente en Brandweer Twente geven in het kader van (Brand)veilig Leven, advies hoe u een koolmonoxidevergiftiging kunt voorkomen.

Hoe signaleer je koolmonoxide?

Koolmonoxide (ook wel CO) werkt als een sluipmoordenaar. Het is een kleurloos en reukloos zeer giftig gas dat 250 keer sneller in het bloed wordt opgenomen dan zuurstof. Hierdoor krijgen vitale organen te weinig zuurstof. Bij blootstelling aan teveel koolmonoxide worden mensen suffig, misselijk en verliezen snel het bewustzijn. Bij te late ontdekking is koolmonoxide dodelijk. Zorg voor een vroegtijdige waarschuwing met een koolmonoxidemelder. Bij een te hoog percentage koolmonoxide in de woning laat de melder een luid alarmsignaal horen. Deze melders zijn te verkrijgen bij een gerenommeerde loodgieter.

Uit de cijfers van VeiligheidNL blijkt dat meer dan de helft van de CO-vergiftigingen in een woonhuis plaatsvinden. Om het aardgas in een geiser, cv of gaskachel te kunnen verbranden, is zuurstof nodig. Is er te weinig zuurstof, dan is de verbranding niet volledig en vormt er zich koolmonoxide. Een teken van onvolledige verbranding is als de vlam in het gastoestel oranje in plaats van blauw kleurt en de vlam hoger dan normaal is.

Gevaarlijke situaties voorkomen

GGD en Brandweer adviseren om zelf maatregelen te nemen in huis. Belangrijk is dat de geiser, gaskachel of centrale verwarmingsinstallatie jaarlijks gecontroleerd wordt door een erkend loodgietersbedrijf. Daarnaast is het belangrijk dat er 24 uur per dag voldoende ventilatie in de woning is. Tegenwoordig zijn veel woningen heel goed geïsoleerd. Daardoor is er bijna geen natuurlijke ventilatie meer via kieren en gaten. De lucht aan- en afvoer van een centraal afzuigsysteem moet nooit afgesloten worden, ook niet in een zeer koude winter. Op deze wijze kan zuurstof in alle tijden naar binnen en het verbrandingsgas naar buiten.

Ten slotte adviseren GGD Twente en Brandweer Twente om bij lichte klachten direct de ramen en deuren wijd open te zetten. Bij ernstige klachten is het advies: direct naar buiten, en contact opnemen met de huisarts. In beide situaties moet zo snel mogelijk naar het verbrandingstoestel gekeken worden door een installateur. De installateur kan een CO-meting verrichten.

Energielabel belangrijk instrument zuinig bouwen

Met het afwijzen van een verplicht energielabel laat de Tweede Kamer een grote kans onbenut om de energierekening van miljoenen Nederlanders omlaag te brengen en de CO2-uitstoot van woningen in ons land fors te reduceren. Volgens UNETO-VNI ligt de nadruk ten onrechte vooral op de kosten van het label. Die kosten zijn volgens de brancheorganisatie voor menig loodgieter en installatiebedrijf relatief laag en kunnen vaak al binnen een aantal maanden worden terugverdiend met het nemen van een paar eenvoudige energiebesparende maatregelen.

Stijgende energiekosten

Volgens voorman Marcel Engels van UNETO-VNI hebben kopers het recht om te weten wat de energieprestatie van een woning is, zodat zij maatregelen kunnen nemen om de stijgende energiekosten te beheersen. Engels: ‘Het energielabel maakt het energieverbruik inzichtelijk, je weet meteen waar je aan toe bent.’

Geen aandacht voor baten

De voorzitter van de installateursvereniging voor onder andere verwarming, cv ketel en vloerverwarming specialisten betreurt het dat de discussie rond het energielabel zich toespitst op de kosten en de baten nauwelijks aan de orde komen. Engels: ‘De kosten van het afgeven van een energielabel zijn minimaal als je die vergelijkt met de besparing dankzij een lagere energierekening. Bovendien is er nog een ander voordeel: woningen met een energielabel worden sneller verkocht en brengen meer op dan woningen zonder label.’

Energiebewustzijn

Volgens Engels is de discussie met het besluit van de Tweede Kamer niet terug bij af. ‘Alle partijen vinden dat het label een positief effect heeft op het energiebewustzijn van consumenten. De Tweede Kamer heeft de minister nu gevraagd om na te gaan of er minder zware sancties mogelijk zijn. Het principe van het label blijft echter recht overeind.’

Groene economie

UNETO-VNI ziet het energielabel als een belangrijk instrument om de gebouwde omgeving energiezuiniger te maken en economische activiteit te stimuleren. Engels: ‘Invoering van het label kan veel hoogwaardige werkgelegenheid opleveren in de groene economie. Daar profiteren we op termijn allemaal van.’

Energielabel belangrijk instrument zuinig bouwen

Met het afwijzen van een verplicht energielabel laat de Tweede Kamer een grote kans onbenut om de energierekening van miljoenen Nederlanders omlaag te brengen en de CO2-uitstoot van woningen in ons land fors te reduceren. Volgens UNETO-VNI ligt de nadruk ten onrechte vooral op de kosten van het label. Die kosten zijn volgens de brancheorganisatie voor menig loodgieter en installatiebedrijf relatief laag en kunnen vaak al binnen een aantal maanden worden terugverdiend met het nemen van een paar eenvoudige energiebesparende maatregelen.

Stijgende energiekosten

Volgens voorman Marcel Engels van UNETO-VNI hebben kopers het recht om te weten wat de energieprestatie van een woning is, zodat zij maatregelen kunnen nemen om de stijgende energiekosten te beheersen. Engels: ‘Het energielabel maakt het energieverbruik inzichtelijk, je weet meteen waar je aan toe bent.’

Geen aandacht voor baten

De voorzitter van de installateursvereniging voor onder andere verwarming, cv ketel en vloerverwarming specialisten betreurt het dat de discussie rond het energielabel zich toespitst op de kosten en de baten nauwelijks aan de orde komen. Engels: ‘De kosten van het afgeven van een energielabel zijn minimaal als je die vergelijkt met de besparing dankzij een lagere energierekening. Bovendien is er nog een ander voordeel: woningen met een energielabel worden sneller verkocht en brengen meer op dan woningen zonder label.’

Energiebewustzijn

Volgens Engels is de discussie met het besluit van de Tweede Kamer niet terug bij af. ‘Alle partijen vinden dat het label een positief effect heeft op het energiebewustzijn van consumenten. De Tweede Kamer heeft de minister nu gevraagd om na te gaan of er minder zware sancties mogelijk zijn. Het principe van het label blijft echter recht overeind.’

Groene economie

UNETO-VNI ziet het energielabel als een belangrijk instrument om de gebouwde omgeving energiezuiniger te maken en economische activiteit te stimuleren. Engels: ‘Invoering van het label kan veel hoogwaardige werkgelegenheid opleveren in de groene economie. Daar profiteren we op termijn allemaal van.’

Besparen op onnodige kosten

Met stijgende zorgkosten en hypotheeklasten willen consumenten bezuinigen. Veel consumenten weten niet dat ze veel kunnen besparen met kleine aanpassingen, stelt voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal. De organisatie berekende veel van deze besparingen door (zie kader). “Apparaten kun je makkelijk uitzetten, in plaats van op stand-by. Dat scheelt al gauw tientallen euro’s per jaar.”

Verwarming een graadje lager

Milieu Centraal had altijd een telefonische service waar consumenten informatie konden opvragen over milieuvraagstukken. “Vaak kregen we in het najaar veel vragen over energie besparen. Of wanneer de jaarrekening op de mat was gevallen. Dan gaan consumenten zich extra met hun energierekening bezig houden. Het scheelt al veel om de verwarming gewoon een graadje lager te zetten.”

Isoleren van de woning

Wie echt veel wil besparen, moet de isolatie van het huis eens grondig aan een inspectie onderwerpen. “De echte grote klapper maak je door het isoleren van je huis. Dat verdien je op de lange termijn echt terug.”

Nog meer tips om direct geld te besparen:
• Zet de verwarming of vloerverwarming een uur voordat je gaat slapen uit. Hiermee bespaar je 170 euro per jaar. De warmte blijft hangen in huis, dus je merkt daar weinig van.
• Laat de cv ketel één keer per jaar onderhouden. Hierdoor verbruikt uw cv ketel minder energie. Besparing: 50-100 euro per jaar.
• Plak radiatorfolie achter de verwarming. Dan blijft de warmte hangen. Besparing: 25 euro.
• Draai je was eens wat vaker op dertig graden. Dat scheelt al snel 15 euro per jaar.
• Laat het water niet lopen, maar was af in een teiltje. Deze waterbesparing levert 35 euro per jaar op.
• Zet apparaten niet op stand-by, maar echt uit. Uw voordeel is 75 euro per jaar.
• Besparen op douchen zonder in te leveren op comfort? Met een energiebesparende douchekop bespaar je zo’n 50 euro per jaar.
• Laptops zijn zuiniger dan desktops. Door het gebruik van een laptop geef je 30 euro minder uit.

Nederlandse huishoudens hebben grote klusplannen

Woonconsumenten zijn op de woningrenovatiemarkt de belangrijkste opdrachtgever voor de bouwsector. Ruim de helft van de huishoudens heeft klusplannen voor de komende twee jaar. Gemiddeld gaan zij respectievelijk 1.520 en 3.121 euro besteden aan woningonderhoud en woningverbetering.

Veel type klussen worden echter door de huishoudens zelf of door vrienden/familie gedaan. Professionals kunnen klussen naar zich toetrekken door scherp te prijzen, flexibel te klussen en door hun expertise te benadrukken. Dat blijkt uit het WoonKennis Jaarrapport 2012/2013.

Kansen

Slechts 38 procent van de huishoudens heeft helemaal geen klusplannen in de komende twee jaar. Nog eens zeven procent weet het niet of heeft geen mening. Het kluspotentieel (55 procent) biedt kansen voor menig fabrikant, bouwmarkt en klusbedrijf. Zij hebben echter niet bij alle typen huishoudens en consumenten evenveel kans om bezocht of ingehuurd te worden. Zo gaan woningeigenaren overduidelijk meer klussen dan huurders, evenals de mensen met een hoger inkomen. Logischerwijs hebben ervaren klussers ook meer op de planning staan dan niet-klussers of klussers. Meest populaire klussen zijn schilderen, behangen, tegels leggen en werkzaamheden in de tuin.

Zelf doen of laten doen?

Huishoudens die plannen hebben om te gaan verbouwen moeten nog beslissen of ze de klussen zelf gaan uitvoeren of dat ze het laten doen. Per klus is gevraagd of consumenten het zelf gaan doen, laten doen door hun partner, laten doen door vrienden/bekenden of door een professional. De klussen zijn hiervoor gegroepeerd per type klus. Woonconsumenten doen vooral de kleine binnenklussen, zoals schilderen en behangen, zelf. Ook worden daar vaak partners, familie en vrienden voor ingeschakeld. Buitenklussen en de tuin worden al iets minder vaak zelf gedaan. Voor bijvoorbeeld het schilderen of voegen schakelt gemiddeld 16 procent al een professional in. Opvallend is dat veel woonconsumenten familieleden of vrienden hebben die goed zijn in klussen in de tuin, zoals tegels leggen.
Het is lang niet vanzelfsprekend dat de professional wordt ingeschakeld bij klusplannen van consumenten. Bij het vervangen van een complete badkamer, bij dakonderhoud schakelt men wel snel een dakdekker in. Bij grote binnenklussen zoals het vervangen van kozijnen, of het aanleggen van verwarming gebeurt dat vaak ook. Dat zijn natuurlijk ook grote en vaak specialistische klussen, waarover de kennis bij consumenten geregeld zal ontbreken.

Controle, prijs en vertrouwen

Verreweg de belangrijkste reden voor huishoudens om een klus zelf uit te voeren is het kostenaspect (81 procent). Zelf doen is immers goedkoper dan een professional inschakelen. Verder geeft ruim de helft aan dat ze dan ook zelf kunnen bepalen wanneer de klus wordt uitgevoerd en 17 procent heeft zelfs meer vertrouwen in hun eigen kunnen dan in de expertise van een professional.
Bij veel klussen is er ook een aanzienlijk percentage dat nog niet weet door wie ze een klus laten uitvoeren. Daar liggen de kansen voor uitvoerende bouwpartijen. Zij kunnen de groep die twijfelt of ze een professional gaan inhuren over de streep trekken door scherp te prijzen, te laten zien hoeveel kennis er in huis is en door zich flexibel op te stellen in de planning van een klus.