Het internet is uitgevonden door het Amerikaanse leger, net als veel van onze moderne technologieën. Het begon met simpele statische webpagina’s, zwart witte tekst en een verbinding die gebruik maakte van het telefoonnetwerk. Ondertussen is het internet zich steeds verder aan het ontwikkelen. De webpagina’s zijn interactief geworden, met diverse stijlen, wilde kleuren en bewegingen en de internetverbindingen zijn stabieler en sneller geworden. In Nederland is grofweg de hele bevolking verbonden met het internet en over de hele wereld zijn ook steeds meer mensen verbonden. Maar het blijft niet bij mensen, want het internet lijkt veel weer te kunnen bieden. In het verleden waren alleen mensen verbonden met het internet, maar tegenwoordig gaan we richting het nieuwe internet, internet 2.0, of wel the internet of everything.

Het idee van the internet of everything ofwel het internet van alles is afgeleid van een andere veelgehoorde kreet, namelijk the internet of things. Het idee is dat niet alleen mensen meer verbonden zullen zijn, maar ook dingen (zoals objecten, producten en sensoren), data en processen. Door deze vier te combineren ontstaat het nieuwe, moderne internet dat een heleboel nieuwe mogelijkheden biedt. Denk bijvoorbeeld aan de huidige camerasystemen die je wellicht thuis hebt. Nu filmen ze en met een beetje geluk kan je de camera bedienen via je telefoon. Met the internet of everything verandert dit verder. Doordat jij als mens verbonden bent kan je dingen bedienen, maar kan bijvoorbeeld ook je sociale media bijgehouden worden waardoor de camera weet of je van huis bent en aangaat. Vervolgens is de camera met het internet verbonden waardoor het op afstand te bedienen is maar bijvoorbeeld ook een storingsdienst kan inschakelen doordat het met zijn intelligente database weet dat het niet goed functioneert. Tot slot analyseert hij de beelden zelf en leert verdachte patronen herkennen. Dit is het internet van de toekomst.